Taal is een systeem waarbij klankcombinaties zijn gekoppeld aan betekenissen. Wij weten van elkaar welke betekenis we aan welke klankcombinaties hebben gegeven. Zo kunnen we met elkaar communiceren. Maar hoe ontstaat zo’n taal eigenlijk, en hoe verandert deze? Op Lowlands Science kun je in het experiment van taalkundigen Martijn Wieling en Gregory Mills zelf de proef op de som nemen. Martijn Wieling legt uit wat de bezoekers kunnen verwachten.

Wat gaan de deelnemers doen?

De nachthemel wordt een knipperende kermis
LEES OOK

De nachthemel wordt een knipperende kermis

Columnist Ans Hekkenberg schilt een appeltje met bedrijven die lomp omspringen met de nachthemel.

‘Ze gaan samen een leuk, maar uitdagend spelletje spelen. We denken dat Lowlandsgangers daar wel van houden. In het spel, dat een beetje lijkt op het computerspel Guitar Hero, is het de bedoeling dat de spelers samen zo snel mogelijk een bepaalde melodie spelen. De uitdaging van het spel is dat slechts één van beide spelers de melodie ziet, maar dat beide spelers nodig zijn om de volledige melodie te kunnen spelen.

‘Spelers kunnen met elkaar communiceren, maar ze mogen daarvoor maar een paar klanken gebruiken. Hierdoor zullen de deelnemers tijdens het spel een eigen eenvoudige taal ontwikkelen. Helaas kunnen we niet al te veel over het verdere spelverloop verklappen, want de verzamelde gegevens zijn voor ons alleen nuttig wanneer deelnemers zich niet vooraf hebben voorbereid.’

Wat proberen jullie hiermee te achterhalen?

‘Hoe een taal ontstaat en verandert. Gesproken taal is een systeem waarbij betekenis is gekoppeld aan klankcombinaties. Doordat dit systeem onderling gedeeld is, kunnen mensen met elkaar communiceren. In het spel mogen deelnemers slechts een paar klanken gebruiken en kunnen ze dus niet in een bestaande taal met elkaar communiceren. Om het spel succesvol te kunnen spelen is een gedeelde koppeling tussen klanken en betekenis heel belangrijk. Daarom verwachten we dat er tijdens het spelen van het spel een nieuwe minitaal ontstaat.

‘Wat betreft de taalverandering willen we vooral onderzoeken of de uitspraak van de beide spelers meer op elkaar gaat lijken gedurende het spelen van het spel. Om heel precies naar de uitspraak van de deelnemers te kunnen kijken, nemen we niet alleen de uitspraak op, maar gebruiken we ook twee echoscopieapparaten waarmee we de tongbewegingen van de proefpersonen registreren.’

Het wordt een uitdagend spelletje. Gaat dat wel werken, met een moe en beschonken Lowlandspubliek?

‘We denken dat dat geen probleem is. Natuurlijk is een deel van de festivalgangers minder scherp door de drank en het slaapgebrek, maar al met al zal het effect daarvan wel meevallen bij het spel. We gaan daarnaast hopelijk een heleboel mensen testen. Dat is het grote voordeel van Lowlands Science voor ons als wetenschappers: er doen veel meer proefpersonen mee aan je onderzoek dan wanneer je het in een laboratorium op de universiteit zou uitvoeren. Ook trek je hier mensen uit het hele land. Als we het onderzoek op de universiteit zouden uitvoeren, zouden er enkel Groningse studenten meedoen.’

Wat vinden jullie zo interessant aan taalonderzoek?

‘Het mooie van taalonderzoek is dat er enorm veel variatie is. Niet alleen in onze strategieën om met elkaar te (leren) communiceren, maar juist ook in de taal zelf. Alleen al in ons kleine landje zijn enorm veel verschillende accenten en dialecten. Het is echt prachtig om te mogen onderzoeken hoe deze variëren en veranderen.’