Tot verdriet van Marianne Thieme bleek er in de Tweede Kamer geen meerderheid te bestaan om onverdoofd ritueel slachten te verbieden. Wie dat verbiedt, komt aan de godsdienstvrijheid, zo redeneerde de Kamer. Want het gaat hier om een oeroud religieus gebruik.
Klinkt deftig, maar zo mag de Kamer natuurlijk niet redeneren. Want wie bepaalt wat een onschendbaar religieus gebruik is? De gelovigen zélf natuurlijk – en dan is het hek van de dam. Dan kan het discrimineren van de vrouw ook weer worden toegestaan, want het betreft immers een oeroud religieus gebruik van niet een of twee maar van maar liefst drie monotheïstische godsdiensten. Nee, de Grondwet stelt heel duidelijk dat iedereen zijn geloof mag belijden ‘behoudens ieders verantwoordelijkheid voor de wet’. De Kamer heeft dus het recht om paal en perk te stellen aan religieuze gebruiken.
Niet alleen de Tweede Kamer lijkt het spoor bijster, ook de orthodoxe rabbijn Evers. In een poging om het onverdoofd slachten voor ons allen aantrekkelijk te maken, beweert hij dat het de meest diervriendelijke manier van slachten zou zijn omdat het dier binnen een paar seconden echt helemaal dood is. En verdoven is alleen maar verdoven, vindt hij. Dat maakt dan ook niks uit.
‘Als we iets buitenaards ontmoeten, dan is het een machine’
Oude sterren en pril leven – dat zijn de onderwerpen waar het hart van sterrenkundige Leen Decin harder van gaat kloppen.
U begrijpt: God heeft Zijn volk 15 eeuwen geleden al de wetenschappelijk enig juiste manier van slachten opgelegd. Wie had anders verwacht. En wat kunnen we nog meer van rabbijn Evers verwachten? Nog meer opmerkelijk wetenschappelijk nieuws, zoals dat het goed is baby’s te besnijden, dat matzes en bagels het perfecte voedsel zijn en dat de zevenarmige kandelaar de perfecte sfeerverlichting is voor uw huiskamer. Moet wel. Anders had God het nooit bedacht.
Maar stel dat het niét zo is? Stel dat achtarmige kandelaars toch meer sfeer blijken te geven? Of dat verdoven beter is? Onderzoekers in Nijmegen doen al geruime tijd onderzoek naar de hersenactiviteit van onthoofde ratten, om te kijken wat voor proefdieren de beste manier van sterven is. Zij zien dat afgesneden breintjes nog vijftig seconden een beetje ‘leven’ en dan pas, na een uitbarsting (in hun EEG) van 20 seconden, definitief de geest te geven. Sterven kost dus een minuut, geachte rabbijn. Dat heeft God zo gewild. En God heeft naast het dier ook de verdoving geschapen. Opdat wij op het idee konden komen oeroud dierenleed te voorkomen.