Twintig jaar geleden was het idee om gegevensbestanden te koppelen nog uit den boze. Inmiddels maken nog maar weinig mensen zich er zorgen over als diverse overheidsdiensten dergelijke bestanden vergelijken. De hoeveelheid gegevens is exponentieel gegroeid en zo ook de mogelijkheden. Maar zo nu en dan gaat het ons dan toch te ver.
Google toont prachtige voorbeelden van wat je met het koppelen van gegevens kunt bereiken. Naast hun zoekmachine hebben ze bijvoorbeeld Google Maps, een landkaart van de wereld, en Google Earth, waarbij lucht- en satellietfoto’s gecombineerd zijn en worden geprojecteerd op een bolvormige aarde. Op zich zijn die toepassingen al prachtig. Een mislukte kernproef in Noord-Korea, een gigantische miljarden jaren oude krater in de Sahara of de kerncentrale in Fukushima – snel kun je inzoomen op het gebied en het bekijken, al zijn de beelden doorgaans enkele jaren oud.
Dergelijke geografische informatiesystemen kun je koppelen met de locaties van bijvoorbeeld benzinepompen, restaurants, schoenenwinkels of garages. Dat is erg praktisch, en biedt ook commerciële mogelijkheden voor bedrijven die door hun potentiële klanten gevonden willen worden. Google heeft daarnaast fotografische gegevens verzameld. Voor Google Street View hebben auto’s met een speciale camera op vele wegen en straten de omgeving digitaal vastgelegd. De panoramische beelden, een fotografisch reisverslag, zijn gekoppeld met Google Earth. Zoom in op je straat, klik en je ziet wellicht je eigen voordeur.
Softies? Sneeuwvlokjes? Niks daarvan – Gen Z is superkrachtig, zegt deze neurowetenschapper
Niks sneeuwvlokjes. Volgens neurowetenschapper Eveline Crone zijn hedendaagse jongeren juist sterk in een extreem ingewikkelde tijd.
Niet iedereen was daar enthousiast over, de privacy kwam in het geding. Wat als Googles camera iemand portretteert die dat niet wil? Ronduit omstreden was dat zo’n Google-auto ook kan meten welke wifi-netwerken er in de buurt zijn. De dataverzamelaars vergaten dat niet iedereen wil adverteren voor zijn draadloze thuisnetwerk.
Afgelopen week meldden kranten een soort first-person-shooter die de omgevingsfoto’s van Google gebruikt. Doom/Quake/Call of Duty/Duke Nukem meets neighbour. Zo kun je een Uzi, AK-47 of een raketwerper in je eigen straat afschieten, eventueel op de voordeur van de boze buurman. Eerst dacht ik nog dat het bedacht was door nerds bij Google, maar het was Pool Worldwide, een reclamebureau in Amsterdam, dat de Google-applicatie had gekoppeld aan spelsoftware.
De pret duurde niet lang, Google was not amused, en terecht. Nog maar een paar dagen geleden was er de moordpartij in Luik, en het afgelopen jaar waren er de vreselijke schietpartijen in onder meer Alphen aan den Rijn, aan Virginia Tech en op het Noorse eilandje Utoya. Dan getuigt een dergelijke koppeling van bestanden van weinig moreel besef, zelfs als de wapens geen enkel zichtbaar spoor van vernieling op Googles foto’s achterlaten.