De winnaar is inmiddels bekend. Moleculair neurobioloog Isabel Beets mag zich namens de KU Leuven een jaar lang het New Scientist Wetenschapstalent noemen. Hieronder vindt u de top 25 van jonge wetenschappers die meedongen naar de prijs.
Isabel Beets (1986) – Biologie – Moleculaire neurobiologie – Katholieke Universiteit Leuven Hoe leert ons brein? Hoe leggen we verbanden met ervaringen uit het verleden in een nieuwe, vergelijkbare situatie? Isabel Beets onderzoekt hoe ‘associatief leren’ op moleculair niveau in de hersenen plaatsvindt. Dit doet ze met behulp van het minuscule wormpje C. elegans. Lees verder… |
||
Bas Borsje (1983) – Civiele Techniek – Ecologische techniek – Universiteit Twente Bas Borsje onderzoekt hoe ‘zachte structuren’ de kust kunnen beschermen tegen overstromingen. Natuurrampen zoals tsunami’s en orkanen hebben aangetoond dat het verwijderen van zachte structuren zoals kwelders en mangrovebossen catastrofaal kan zijn. Volgens Borsje, zijn ‘zachte oplossingen’ bovendien goedkoper dan de traditionele ‘harde’ dijken en dammen én zijn ze klimaatbestendig. Lees verder… |
||
Inti Angelo Brazil (1982) – Psychologie – Neuropsychologie – Radboud Universiteit Nijmegen Inti Brazil onderzoekt hoe het brein van tbs-patiënten omgaat met informatie die zou moeten leiden tot het aanpassen van het gedrag. Hij kijkt daarbij naar leren door beloning, het verwerken van negatieve uitkomsten en de invloed van de sociale context. Lees verder… |
||
Chris Callewaert (1986) – Biologie – Microbiële ecologie en technologie – Universiteit Gent Waar de meeste mensen walgen van stinkende oksels, is bioloog Chris Callewaert er juist door gefascineerd. Hij onderzocht het okselmicrobioom van meer dan 300 mensen en ontdekte dat de Corynebacterium onze oksels laat stinken – en dat met deodorant tegen deze stinkbacterie niet op te spuiten valt. Lees verder… |
||
Ferdi De Ville (1985) – Politieke wetenschappen – Europees handelsbeleid – Universiteit Gent Economische globalisering? Daar lijken steeds minder mensen voor in. Hoe kan dat? De onvrede is volgens De Ville niet alleen toe te schrijven aan het succesvolle populisme van mannen zoals Donald Trump, maar ook aan het effect van handelsakkoorden uit het verleden. Lees verder… |
||
Pieterjan Deckers (1983) – Archeologie – Vroegmiddeleeuwse archeologie – Vrije Universiteit Brussel Archeoloog Pieterjan Deckers onderzoekt vroegmiddeleeuwse samenlevingen. Hij richt zich op de bewoners van de Noordzeekust in de zesde tot elfde eeuw. De identiteit en cultuur van deze groepen wordt vaak verbonden met het volk waartoe ze behoren. Volgens Deckers bepaalt eerder het landschap de identiteit van een samenleving. Lees verder… |
||
Karwan Fatah-Black (1981) – Geschiedenis – Sociale en economische geschiedenis – Universiteit Leiden Tegen het einde van de slavernij in 1863 werden meer mensen vrij, maar opvallend genoeg betekende dit niet per se dat hun positie ook verbeterde. Karwan Fatah-Black onderzoekt hoe dit kan, zodat we beter leren begrijpen wat de langetermijngevolgen zijn van slavernij. Lees verder… |
||
Tatiana Filatova (1981) – Economie – Milieu-economie – Universiteit Twente Wereldwijd ervaren mensen op dit moment al de gevolgen van de klimaatverandering. Ze worden geconfronteerd met overstromingen, droogte en met de migratie die daarbij gepaard gaat. Tatiana Filatova ontwikkelt computersimulaties die helpen bij het maken van de juiste beleidsbeslissingen om de gevolgen van klimaatverandering te verzachten. Lees verder… |
||
Jordi Heijman (1985) – Geneeskunde – Cardiologie en Systeembiologie – Maastricht University In een gezond hart wordt iedere hartslag aangestuurd door een elektrisch signaal. Tijdens een hartritmestoornis is die elektrische activiteit ontregeld. Dat kan leiden tot een beroerte en zelfs hartdood. Jordi Heijman bestudeert de mechanismen die hartritmestoornissen veroorzaken. Lees verder… |
||
Hinze Hogendoorn (1982) – Neurowetenschappen – Cognitieve neurowetenschappen – Universiteit Utrecht Hogendoorn brengt de film van de werkelijkheid terug tot een serie plaatjes. Wanneer je om je heen kijkt, zie je een constante stroom beelden. Maar wat je ogen eigenlijk waarnemen, zijn afzonderlijke plaatjes. Hogendoorn ontwikkelde een techniek waarmee je de verwerking van visuele signalen op een hersenscan in detail kunt volgen. Lees verder… |
||
Renske Keizer (1983) – Sociologie – Familiesociologie – Erasmus Universiteit – Rotterdam Onderzoekers zien de rol van vaders in de opvoeding vaak over het hoofd, betoogt Renske Keizer. Haar onderzoek draait om de vraag op welke wijze vaders de ontwikkeling van hun kinderen beïnvloeden. Juist in een tijd van groeiende sociale ongelijkheid is die rol volgens haar groot. Lees verder… |
||
Mariska Kret (1982) – Psychologie – Neuropsychologie – Universiteit Leiden Het is voor sociale dieren zoals wij van groot belang dat we andermans emoties kunnen herkennen. Mariska Kret onderzoekt hoe we via non-verbale ‘kanalen’ onze emoties uiten, hoe ze worden opgepikt en wat voor invloed die interacties hebben op het ontstaan van vertrouwen, samenwerking en competitie. Ze kijkt hiervoor naar veranderingen in het lichaam en het brein tijdens verschillende emoties. Lees verder… |
||
Steven Latré (1984) – Informatica – Internet of things – Universiteit Antwerpen Een draadloos netwerk dat zo’n 80.000 bezoekers van dancefestival Tomorrowland via polsbandjes met elkaar verbindt: het onderzoek van Steven Latré maakt het mogelijk. Latré onderzoekt hoe we zonder onderbreking met heel veel apparaten tegelijk – én zelfs met alledaagse voorwerpen – draadloos met het internet verbonden kunnen zijn. Lees verder… |
||
Cynthia Liem (1987) – Informatica – Technische informatica – Technische Universiteit Delft Stel dat je een vakantiefilmpje hebt gemaakt, wat voor soundtrack zet je daar dan onder? Cynthia Liem ontwikkelt technieken voor zoekmachines die digitale muziek toegankelijker en bruikbaarder maken. Zulke aanbevelingsmechanismen moeten daarbij onder meer gebruikmaken van de niet-muzikale en contextuele associaties. Lees verder… |
||
Marnix Medema (1986) – Biologie – Bioinformatica – Wageningen University Marnix Medema is een moderne medicijnontdekker. Net als beroemde voorgangers zoals Alexander Fleming zoekt hij naar organismen die genezende stoffen produceren. Maar waar Fleming penicilline in 1928 per toeval ontdekte en zijn opvolgers organismen min of meer willekeurig testten op medicinale werking, onderscheidt Medema zich door systematisch te werk te gaan. Lees verder… |
||
Pieter Mestdagh (1982) – Biochemie – Medische Genetica – Universiteit Gent Terwijl andere genetici onderzoek deden naar onderdelen van het DNA die bepalen hoe cellen werken, richtte Pieter Mestdagh zich op die delen waarvan men dacht dat het slechts rommel was. Deze ‘rommel’ blijkt erg belangrijk te zijn. Deze stukken DNA, die geen informatie bevatten voor het maken van eiwitten, blijken bijvoorbeeld bij ziekten zoals kanker een grote rol te spelen. Lees verder… |
||
Selma de Mink (1983) – Astrofysica – Sterevolutie – Universiteit van Amsterdam In het onderzoek van Selma de Mink vormen dubbelsterren het stralende middelpunt. Lang dachten astronomen dat deze koppels van sterren zeldzaam zijn in het universum. Met geavanceerde computersimulaties doorbrak De Mink dat misverstand. Ze toonde aan dat de overgrote meerderheid van zware sterren ergens in zijn leven een kompaan heeft. Lees verder… |
||
Saskia Nijmeijer (1983) – Biochemie – Farmacochemie – Vrije Universiteit Amsterdam Saskia Nijmeijer ziet het menselijk lichaam als een chemische fabriek. Ze onderzoekt een klein, maar belangrijk gedeelte van deze fabriek, namelijk de GPCR-eiwitten. Deze eiwitten bevinden zich aan de buitenkant van cellen. Je kunt ze zien als de secretaresses van de fabriek. GPCR’s geven chemische signalen van buiten de cel door aan de celkern. Deze boodschappen hebben veel invloed op het functioneren van de cel. Lees verder… |
||
Daniel Oberski (1981) – Statistiek – Onderzoeksmethodologie – Tilburg University De gegevens die sociaal wetenschappers voor hun onderzoek gebruiken, kloppen vaak niet of geven een vertekend beeld. Tegenwoordig komt steeds meer (digitale) informatie beschikbaar die de sociale wetenschappen vooruit kan helpen. Daniel Oberski ontwikkelt nieuwe onderzoeksinstrumenten om van al deze informatie, zoals hij zelf zegt, ‘chocola te maken’. Lees verder… |
||
Tom Oomen (1980) – Werktuigbouwkunde – Regeltechniek – Technische Universiteit Eindhoven We hebben steeds kleinere, snellere en goedkopere computerchips nodig. De machines die deze chips maken, moeten daarom ook steeds sneller en nauwkeuriger kunnen werken. Tom Oomen werkt aan theoretische modellen om nieuwe machines precies de daarvoor benodigde krachten te kunnen laten uitoefenen. Lees verder… |
||
Henk Schipper (1981) – Geneeskunde – Kindergeneeskunde – Universiteit Utrecht Kinderarts Henk Schipper belicht in zijn onderzoek een verrassende kant van vet. Iedereen weet dat lichaamsvet belangrijk is voor de opslag van energie, maar dat overtollig vet juist kan leiden tot aandoeningen zoals diabetes en hart- en vaatziekten. Schipper toonde aan dat vetweefsel paradoxaal genoeg ook een rol speelt bij het bestrijden van overgewicht. Lees verder… |
||
Loes Segerink (1984) – Nanotechnologie – Biomedische microsystemen – Universiteit Twente Ongeveer 5 procent van alle stellen blijft ongewild kinderloos. Loes Segerink ontwikkelde een vruchtbaarheidschip waarmee mannen thuis zelf de kwaliteit van hun sperma kunnen meten. Ze hoopt met haar onderzoek onder meer het proces van vruchtbaarheidsbehandelingen te versnellen. Lees verder… |
||
Sara Vicca (1983) – Biologie – Plant- en vegetatie-ecologie – Universiteit Antwerpen Landecosystemen zoals bossen slaan momenteel zo’n 30 procent op van de CO2 die de mens uitstoot. Met het veranderende klimaat kunnen deze natuurlijke koolstofreservoirs in gevaar komen of – erger nog – zelfs een nieuwe bron van CO2 vormen. Sara Vicca doet onderzoek naar de koolstofkringloop in deze landecosystemen. Momenteel brengt ze in kaart hoe de opslag van koolstof binnen in planten in zijn werk gaat. Lees verder… |
||
Marthe Walvoort (1983) – Scheikunde – Organische chemie – Rijksuniversiteit Groningen Suikermoleculen zitten niet alleen in eten, maar ook in papier of aan de buitenkant van bacteriën en virussen. Marthe Walvoort onderzoekt de werking en functie van deze suikermoleculen. Dit doet ze door deze moleculen na te maken in het laboratorium. Walvoort ontwikkelt nieuwe methodes om suikerketens te maken. Lees verder… |
||
Nele Witters (1982) – Economie – Milieueconomie – Universiteit Hasselt De verontreiniging van de grond en lucht om ons heen is schadelijk voor onze gezondheid en zou onze voedselproductie weleens in gevaar kunnen brengen. Gelukkig kunnen bomen, planten en hun bijbehorende micro-organismen een oplossing bieden en een deel van die verontreiniging voor ons opruimen. Lees verder… |
LEES OOK
Socioloog over zelfmoordpreventie: ‘Probeer iemand met suïcidale gedachten uit het dal te helpen’
Socioloog Diana van Bergen en haar collega’s hebben een beurs van 9 ton gekregen voor een zelfmoordpreventieproject. ‘We weten dat er in de direct ...