We kennen allemaal de uitspraak ‘Ik ben voor de underdog’ als je met elkaar een sportwedstrijd zit te kijken. Vrouwen zijn dan vaak voor de underdog. Waarom weet ik ook niet precies. Omdat die zielig is waarschijnlijk, dan komt het vrouwelijke zorggevoel boven: het zou zo leuk voor hem zijn als hij nou ook eens wint, goed voor zijn zelfvertrouwen.
Maar er is nog een underdog-fenomeen. Wanneer je zelf met vrienden een spel doet, is het best prettig om de underdog te zijn. Zo prettig zelfs, dat je zou kunnen overwegen te zorgen dat je hoe dan ook de underdog bent. Dus ook als je eigenlijk heel goed in het spel bent. Stel je onnozel op en probeer onhandig te beginnen, is mijn advies.
Ik zal dit uitleggen. Stel je bent met vrienden lekker aan het Singstarren op de Playstation. Hierbij gaat het echt niet om gezellig samen zingen. Integendeel, je zingt tegen elkaar. Hoe mooi het klinkt is van geen enkel belang, je moet punten scoren. Nu is er bijna altijd wel iemand in de groep waarvan iedereen aanneemt dat hij of zij het goed kan. Bijvoorbeeld omdat diegene in het echte leven kan zingen, of omdat bekend is dat hij in zijn eentje alle liedjes heeft geoefend. Als hij een nummer wint, is dat niks bijzonders. Pas als hij verliest, komen de anderen los. Joelen, uitlachen, flauwe opmerkingen maken. Niet fijn.
Heersen zwermen killerdrones straks over het slagveld?
Een luchtruim gevuld door kunstmatig intelligente killerdrones, die autonoom bepalen wie blijft leven en wie zal sterven. Hoe waarschijnlijk is dat?
Tegelijk is er ook altijd een zwakste schakel in het spel, de underdog. Van deze persoon verwacht niemand iets, laat staan hij of zij zelf. Als hij een nummer verliest, is er niks aan de hand. Als hij daarentegen wint, is iedereen blij verrast, enthousiast, zegt: ‘zie je wel, je kan het, goed gedaan!‘ Heel fijn.
Ander voorbeeld: kleiduiven schieten. (beide voorbeelden stammen uit afgelopen weekend). Als klein blond meisje tussen een aantal grote en kleinere mannen ben je bij dit spel al op voorhand de underdog. Dat is helemaal een toppositie! Elke oranje kleischijf die je raakt is een bonus, omdat niemand, inclusief jij zelf, verwacht dat je dat grote geweer onder controle hebt. Dus ook al verlies je het spel, je voelt je toch een winnaar door al het gejuich en positief commentaar. Natuurlijk is het nog beter om geheel onverwacht het hele spel te winnen, maar dan moet je misschien toch ook in je eentje oefenen, stiekem.
Hoe dan ook, of je nu wint of verliest, volgens mij is een spel altijd een positievere ervaring voor de underdog.
