Hoe komen wetenschappers tot dat ene inzicht dat het verloop van hun carrière bepaalt? Daarover vertellen ze in de rubriek Eureka, elk weekend in het AD, verzorgd door de redactie van New Scientist. Deze keer: Karlijn Hoyer (31) die onlangs als sociaal-economisch psycholoog promoveerde bij Tilburg University.
‘Ik zat op de middelbare school in Helmond, en kreeg les van meneer Voermans, die naast docent geschiedenis in zijn vrije tijd ook aan het promoveren was. Hij vertelde over zijn onderzoek en hoe het eraan toeging op de universiteit en toen wist ik voor het eerst: dat wil ik ook.
Na twee bachelors in economie en natuurkunde, en een master in de gedragseconomie, zag ik een advertentie staan waar ze iemand zochten die onderzoek mocht gaan doen naar hebzucht. Dit onderwerp vond ik meteen aantrekkelijk, juist door de negatieve connotatie van hebzucht, en de combinatie van psychologie en economie.
Waarom een inpoldering in de Biesbosch alles zegt over het landbouwbeleid van afgelopen eeuw
Eerst de boerderij, dan pas de natuur: de agrarische sector staat er bij veel mensen niet goed op. Historicus Marij Leenders beschrijft in haar onderz ...
Hebzucht is een onverzadigbaar verlangen naar meer. Meer geld, macht, seks of status, meer van alles eigenlijk. In de afgelopen vier jaar ben ik erachter gekomen dat het bij hebzucht gaat over veel meer dan alleen materiële zaken of geld, maar bijvoorbeeld ook iemands sociale leven.
We hebben uitgebreid vragenlijstonderzoek gedaan, heel veel data verzameld, en daar een statistische analyse van gemaakt. Dat leidde tot een waar moment van inzicht: hebzucht is van grote invloed op iemands sociale leven.
Zo objectificeren hebzuchtige mensen hun vrienden: ze zijn berekenender over wat ze aan de vriendschap kunnen hebben. Een hebzuchtig persoon vraagt bijvoorbeeld eerder aan een vriend of hij zijn huis wil schilderen, dan om een avond gezellig naar de kroeg te gaan. We zijn er ook achter gekomen dat hebzuchtige mensen vaker korte relaties hebben, en vaker eenzaam zijn.
Toen de resultaten uit de computer rolden, hebben we de studie nog een paar keer herhaald met andere deelgroepen om helemaal zeker te zijn. Maar de meeste resultaten bleven gewoon overeind.
En nee, zelf ben ik niet hebzuchtig, maar ik heb wel verzamelwoede. Vroeger was ik dol op varkens en mijn hele kamer zat vol met posters, pluche beestjes, beeldjes en meer. Nu heeft Albert Heijn een actie met die Freek Vonkplaatjes en ondanks dat ik er niks om geef, wil ik ze toch allemaal hebben.’