Wat we als maatschappij normaal vinden en wat niet, is voortdurend aan veranderingen onderhevig. Maar wat vinden we nou echt van die veranderingen? Komt dat wat we zeggen wat we vinden wel overeen met hoe we reageren? Dat test sociaal psycholoog Daan Scheepers in zijn experiment op Lowlands Science.

Waarom is het voor een festivalganger leuk om mee te doen aan jullie onderzoek?

‘Omdat je kunt ervaren hoe je zelf tegen sociale verandering aankijkt. Tijdens het experiment meten we je bewuste mening en je lichamelijke reactie. Het is leuk om te weten of daar verschil tussen zit of niet.’

Hoe meten jullie die lichamelijke reactie en bewuste mening?

‘We verrichten verschillende metingen aan het hart en de bloedvaten van de festivalgangers. Daaruit leiden we af met welke snelheid het hart pompt, met hoeveel kracht dat gebeurt, het bloedvolume dat per minuut wordt uitgepompt en of de vaten zich vernauwen of juist verwijden. Bij iemand die zich bedreigd voelt, gaat het hart sneller en krachtiger pompen. Als je je positief uitgedaagd voelt ook, maar dan gaat dit gepaard met vaatverwijding en stijgt daardoor ook het rondgepompte bloedvolume. Hun mening kunnen deelnemers kenbaar maken in vragenlijsten.’

Kunnen fagen helpen in de strijd tegen antibioticaresistentie?
LEES OOK

Kunnen fagen helpen in de strijd tegen antibioticaresistentie?

Faagtherapie kan de toegenomen antibioticaresistentie het hoofd bieden. Deze kleine virussen kunnen specifieke bacteriën doden.

Verwachten jullie een groot verschil tussen die mening en de fysieke reactie?

‘Ja. Uit eerder onderzoek blijkt dat als mensen zeggen positief tegenover veranderingen te staan, ze fysiologisch vaak toch bedreigd reageren. We verwachten dat mannen bedreigd reageren op veranderende sekserollen, ook al staan ze er volgens hun bewuste mening positief tegenover. Vrouwen reageren vermoedelijk vooral uitgedaagd. Die reacties zijn interessant, want ze zijn gerelateerd aan het gedrag dat iemand vertoont. Zo proberen we het ongemak van sociale verandering inzichtelijk te maken.’

Jullie richten het experiment voornamelijk op sekseverschillen, waarom?

‘Omdat het een actueel thema is. De hoeveelheid zorgtaken die mannen op zich nemen, vrouwen in topposities, dat zijn onderwerpen die je ziet terugkomen in de nieuwsberichten van dit moment. Onze onderzoeksgroep is geïnteresseerd in sociale verandering in algemenere zin, maar dit is een onderwerp dat tot de verbeelding spreekt en waar iedereen mee te maken krijgt. Daardoor kan iedereen meedoen als proefpersoon.’

Waarom is het belangrijk dat het ongemak van verandering inzichtelijk wordt gemaakt?

‘Mensen hikken ertegenaan om echt veranderingen door te voeren. Bijvoorbeeld in die verdeling tussen werk- en zorgtaken. Wij denken zelf dat dat komt door de dreiging, de stress en het ongemak die verandering met zich meebrengt. Met name bij mannen, omdat er voor hen minder rolmodellen zijn. Dat ongemak werpt barrières op.’

Wat heeft meer invloed op gedrag: de mening die iemand uit, of de fysieke reactie?

‘De expliciete mening heeft vaak vooral betrekking op de houding die iemand heeft. Hoe je vervolgens handen en voeten geeft aan die verandering, dat is waar het ongemak zit. Mannen zijn bijvoorbeeld in algemene zin vrij positief te spreken over gelijkheid, maar zodra de vraag ‘welke rol kun jij daarin spelen?’ zich opdringt, zit daar toch een barrière die in het gedrag tot uiting komt.’

Verwacht u verschillen in de sociale normen tussen het Lowlandspubliek en het algemene publiek?

‘Een van de redenen dat wij het onderzoek graag op Lowlands willen uitvoeren is dat de testsituatie meer op de praktijk lijkt en minder op een laboratorium. Normaal gesproken, als we onderzoek doen aan de universiteit, bestaan onze proefpersonen uit psychologiestudenten. Ik verwacht op Lowlands ook voornamelijk jongeren en studenten. Het is dus maar de vraag of er daadwerkelijk een verschil gaat zijn. Ik denk dat de gemiddelde Lowlandsganger wel open staat voor sociale verandering.’