Volgens de wereldklok staat New Delhi (India) als enige coördinaat op het half uur. Waarom?

Dirk Kindt

Deze vraag, gesteld in New Scientist van mei 2014, is beantwoord in het julinummer

De nachthemel wordt een knipperende kermis
LEES OOK

De nachthemel wordt een knipperende kermis

Columnist Ans Hekkenberg schilt een appeltje met bedrijven die lomp omspringen met de nachthemel.

Het is een intrigerende ontdekking die iedere leunstoelreiziger zelf kan herhalen met een atlas voorzien van eentijdzonetabel. Dan blijkt ook dat er nog meer halve tijdzones bestaan, namelijk in Iran, Sri Lanka, Afghanistan, Birma, Newfoundland, en delen van Australië.

Bij de onafhankelijkheid in 1947 besloot de Indiase regering om één tijdzone aan te houden. Als standaardtijd werd de tijd van Madras (het huidige Chennai) gekozen, die een half uur voor lag op de tijd van Bombay (Mumbai) in het westen en een half uur achter op Calcutta-tijd (Kolkata) in het oosten. In de Britse koloniale tijd was Madras-tijd al de standaardtijd van de Indiase spoorwegen, juist om verwarring met Calcutta-tijd en Bombay-tijd te voorkomen.

Latere voorstellen om het land in twee tijdzones op te splitsen, hebben het nooit gehaald. Sri Lanka paste zich zelfs in 2006 aan aan de Indiase tijd.

Ook Afghanistan en Iran hebben een halve-uurtijdzone. De oorsprong daarvan is eenvoudiger: die benaderen het best de zonnewijzertijden gemeten in de hoofdsteden Kaboel en Teheran.

Dat geldt ook voor het nog vreemdere geval Nepal, met een tijdsverschil van 4.45 uur met Greenwich. De Nepalezen volgen (ongeveer) de meridiaan die door de Gauri Shankar loopt, een bergtop op 100 van de hoofdstad Kathmandu. Zo loopt de Nepal-tijd altijd een kwartier voor op India.