Wat is er mooier dan je favoriete team aanmoedigen in een vol stadion? Of luidkeels juichen als een eindsprint wordt ingezet bij een wielerwedstrijd? Helaas: dat zit er voorlopig niet in. Henk Markerink, directeur van Johan Cruijff ArenA, en Bert Blocken, hoogleraar civiele techniek aan Technische Universiteit Eindhoven en de Katholieke Universiteit Leuven, vertellen hoe we om kunnen gaan met de grote invloed die corona heeft op sportevenementen.
Inmiddels zijn we eraan gewend om anderhalve meter afstand van elkaar te houden. Maar als we sporten, bewegen luchtdeeltjes en aerosolen anders dan in stilstand. Bert Blocken, hoogleraar civiele techniek aan Technische Universiteit Eindhoven en de Katholieke Universiteit Leuven, onderzoekt welke afstand je moet houden wanneer je in beweging bent.
Kan een eenvoudig experiment een ‘donkere dimensie’ aan het licht brengen?
Onderzoekers vermoeden dat er een ‘donkere dimensie’ bestaat, waarin de ontbrekende materie van het heelal verstopt zit.
‘Als je achter iemand fietst, wil je dat diegene je uit de wind houdt’, zegt hij. ‘Maar je wilt niet dat je de volle laag krijgt als hij of zij niest. En in een overdekt stadion kunnen aerosolen als een deken blijven hangen doordat de wind er niet doorheen waait. Dat is een punt van zorg.’
Alles meten
Volgens Henk Markerink, directeur van Johan Cruijff ArenA, moeten de coronamaatregelen geïntegreerd worden in de organisatie van evenementen. ‘Als je iets organiseert voor 55.000 mensen, dan moeten veiligheid, openbare orde en gezondheid goed geregeld zijn’, zegt hij. ‘Daar hoort nu ook bij dat je in het stadion niet besmet mag raken met het coronavirus. In het stadion meten we alles: publieksstromen, energiestromen, hoeveel hamburgers en bier wordt verkocht, het geluidsniveau. Het volgende dat we moeten meten, zijn ziekteverschijnselen en verspreidingsrisico’s.’
Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door Kenniscentrum Sport en Bewegen, Sportinnovator, ZonMw en Nationaal Regieorgaan Praktijkgericht Onderzoek SIA.