Het Nederlandse leger zal in 2056 in actie moeten komen tegen miljoenen vluchtelingen die zullen proberen ons land in te komen. Moord en doodslag aan onze zuidelijke grenzen – het is het onvermijdelijke effect van het broeikaseffect, schrijft de Canadese journalist Gwynne Dyer in zij boek ‘Klimaatoorlogen’. Het Algemeen Dagblad, dat de auteur op 11 oktober interviewde, plakte naast een foto van Gwynnes bezorgde hoofd een plaatje van een voortrollende tank: die zal het vaderland straks moeten beschermen.

Want Rusland warmt in een paar decennia zeven graden op, Zuid-Europa wordt ‘een verzengende hitte aar niets meer groeit’ en Nederland, Duitsland, Scandinavië en Polen sluiten een militair verbond om miljoenen vluchtelingen met geweld buiten de deur te houden. Het boek is kortom, een droevige verspilling van kostbaar pulp. Maar Dyer vertedert wel. Hij doet echt zijn best. Het artikel geeft een keurig overzicht van de manieren waarop je dit soort bizarre doemscenario’s aan het volk kunt verkopen.

Lesje één: doe net alsof u de toekomst kunt voorspellen. Of zoals Dyer zegt: ‘Ik heb de feiten en cijfers aan mijn kant.’

'AI holt het vertrouwen tussen wetenschapper en mens verder uit'
LEES OOK

'AI holt het vertrouwen tussen wetenschapper en mens verder uit'

Felienne Hermans plaatste een kritische noot bij de AI-hype tijdens het Gala van de Wetenschap. Lees hier haar column.

Lesje twéé: blijf uit de buurt van verdachte doemscenario’s. Als Zuid-Europa te heet wordt, dan wordt het Midden-Oosten helemáál een snelkookpan. Maar de slimme Dyer rept met geen woord over oprukkende moslims. De miljoenen vluchtelingen komen ‘uit Griekenland, Spanje, Portugal en Italië.’ U hoort het! Hij is geen volgeling van gekke Geert!

Lesje drie: zeg dat de deskundigen nog véél banger zijn dan jij. Dyer: ‘De wetenschappers die het boek hebben gelezen, kunnen zich erin vinden. Mensen dus, die dagelijks in de weer zij met de gevolgen van klimaatverandering.’ Die mensen zijn volgens hem ‘ronduit bang. Omdat de beslissers, de politici dus, niet bereid zijn tot verregaande maatregelen.’

Lesje vier: die deskundigen zijn volkomen betrouwbaar. Dyer: ‘In de VS onderzoekt het leger al 40 jaar de dramatische effecten van klimaatverandering in het kader van oorlog en vrede.’ Die betrokkenheid is ‘puur strategisch’, weet hij, want ‘als iets de veiligheid bedreigt, is dat het rampzalige gevolg van klimaatverandering.’

Veertig jaar al. Dat is best opmerkelijk, want veertig jaar geleden wist nog niemand wat het broeikaseffect überhaupt was (en zat het Amerikaanse leger klem in Vietnam). Maar die opmerking geeft wel aan waar Dyer zijn apocalyptische boodschap heeft opgedaan. Bij het Amerikaanse leger. Daar voelen ze wel aan dat de war on terror niet het eeuwige leven heeft, en dat men op zoek moet naar nieuwe conflicten, voor later. Klimaatverandering staat daar sinds enige jaren hoog op de agenda. Elk jaar verschijnt er wel een rapport waarin China het Midden-Oosten binnenvalt, Europa (‘the old Europe’) sociaal explodeert, de rest van de wereld in paniek raakt doch waarin dappere soldaten de VS redden van de ondergang.

U kent de film, u kent de blanke helden die in het laatste half uur de aarde redden – nu kunt u het in ‘wetenschappelijke’ rapporten nog eens nalezen. Doel van deze semi-intellectuele porno: méér geld. Want de Chinezen tegenhouden, en de kust verdedigen tegen miljoenen hongerende Venezolanen, daar heb je een sterk leger voor nodig.

Normaliter zijn die rapporten bestemd voor gebruik in kleine militaire kring. Je kunt er domme politici (na een gratis ritje in een tank) lekker bang mee maken, maar ze zijn vooral bestemd om elkaar eens lekker op te geilen: we zijn onmisbaar! We gaan de wereld redden! Maar je kunt er dus ook journalisten mee beduvelen. Maar dan moet je wel serieus kijken, natuurlijk! En tegen hem zeggen dat alles uiteraard wetenschappelijk ondersteund is, niks overdreven, gebaseerd op keiharde cijfers. Maar ja… die politici hè…. Die willen maar niet betalen voor mooie tanks en vliegtuigen.

En daarna mag Dyer met een tank op de foto.