‘Ik heb helemaal geen besluit genomen’.
Het was toch een wat verrassende mededeling die de Leidse burgemeester Henri Lenferink deze week deed op een debat in het Leidse academische cultuurpaleis Raamsteeg2.
U weet vast nog: op 22 april gingen in Leiden de scholen een dag dicht, na een anonieme bedreiging van een ‘schoolshooting’ op internet. Maar het besluit kwam niet van de burgemeester, legde de burgervader in een openhartige voordracht uit; het kwam van de scholen zelf.
'Als maaltijdbezorger heb je je te voegen naar de algoritmes'
Arbeidsrechtspecialiste Jana Retkowsky onderzocht het werk van maaltijdbezorgers. 'Door het algoritme worden ze als robots.'
Zó was het gegaan. Nadat de Zwitserse politie de bedreiging had gezien op de berichtjessite 4Chan, had men naar Leiden gebeld. Daar had de burgemeester na overleg met de politie alles in het werk gesteld om de schooldirecteuren bij elkaar te halen – bepaald nog geen eitje, op zondagmiddag.
Eenmaal bijeen met de schoolhoofden had Lenferink uitgelegd wat er aan de hand was, en gevraagd: wie van jullie durft de verantwoordelijkheid aan om morgen zijn school te openen?
Daar hadden de schooldirecteuren niet van terug. Bedremmeld besloten ze hun scholen de dag daarop dicht te houden. Alsof de directeuren, op hun mobiel gebeld op zondag en aan tafel geroepen bij een serieus kijkende hoogste baas van de politie, iets te kiezen hadden.
In de nasleep – de dreigverdachte was toen allang weer in Nederland – zouden diverse terreurexperts de schoolsluiting in meer of minder scherpe bewoordingen veroordelen. Paniekvoetbal van zo’n gemeente, men had toch beter moeten weten. Doodsdreigingen schuiven immers zowat dagelijks over het web. Alleen al bij Schiphol komt gemiddeld eens per dag een bommelding binnen.
Geen kik
Mij zit al anderhalve maand iets anders dwars. Zouden echte schoolschutters hun slachting eigenlijk sowieso wel vooraf aankondigen?
Ik ben toch eens in de archieven gedoken. De schutter van de basisschool in Newtown? Nooit een dreigement gevonden. Robert Steinhäuser, die in 2002 in het Duitse Erfurt 17 mensen doodde? Geen kik vooraf.
De doorgedraaide Noor Anders Breivik? Wel allerlei stoere prietpraat en geposeer in koddige uniformpjes, maar geen waarschuwing. Seung-Hui Cho (Virginia Tech, 32 doden) stelde wel videoboodschappen en haatmanifesten op, maar zorgde er ook voor dat die pas twee dagen na de aanslagen per post arriveerden. Ook Eric Harris en Dylan Klebold (Columbine, 15 doden) kondigden hun bloedbad aan, maar in een geheim dagboek dat ze verstopten.
Van de tientallen bloedbaden die ik naliep, waren er maar twee met een waarschuwing vooraf. Maar wacht even: Pekka-Eric Auvinen (Finland, 2007, 9 doden) postte zijn ‘aankondiging’ pal voor het bloedbad op internet. Ook Tim Kretschmer (Duitsland, 2009, 16 doden) zou zijn daad hebben aangekondigd op internet, maar dat bleek achteraf niet te kloppen: het was gewoon een roddel.
Schoolschutters zijn wel gek maar niet achterlijk: een slachting moet je niet aankondigen van tevoren, alleen opeisen achteraf. Logisch, anders staat de politie je op te wachten.
Natuurlijk had de burgemeester niet de schooldirecteuren bijeen moeten roepen; hij had de nulzesnummers moeten achterhalen van de experts van het Centrum voor Terrorisme en Contraterrorismestudies – ook Leids, en gemakkelijker te vinden.
Vorige week raakte de trein waarin ik zat gestremd wegens een bommelding bij Hillegom. Jawel, Hillegom! Alsof het terroristengilde na de Twin Towers, Madrid en Londen op het idee was gekomen: en nú vallen we Hillegom aan.
Iets zegt me dat we wat zijn doorgeschoten in onze angst voor terreur en bloedbaden. Eén keer keihard boe roepen, en de maatschappij trekt bleek weg, sluit de scholen, legt treinen stil en haalt de kinderen in huis.