Hoe komen wetenschappers tot dat ene inzicht dat het verloop van hun hele carrière bepaalt? Daarover vertellen ze in de rubriek Eureka, elk weekend in het AD, verzorgd door de redactie van New Scientist. Deze week: Ellen Laan, hoogleraar seksuologie bij het UMC Amsterdam.
‘Mijn onderzoek richt zich op seksualiteitsbeleving van vrouwen, wat hen motiveert en of ze hierin verschillen van mannen. Heteroseksuele vrouwen betalen over het algemeen nog steeds een hoge prijs voor vrijen met een man. Ze hebben minder orgasmes, meer pijn en veel meer last van grensoverschrijdend gedrag door anderen.
‘Een van mijn eureka-momenten beleefde ik tijdens mijn promotieonderzoek. Ik onderzocht bij vrouwen de relatie tussen de genitale respons en gevoelens van seksuele opwinding met een vaginale fotoplethysmograaf, een soort elektronische tampon. Deze tampon registreert de doorbloeding van de vaginawand en op deze manier kan de genitale opwinding bij de vrouw zeer nauwkeurig in kaart worden gebracht.
Gaan breinchips die onze gedachten koppelen aan machines de mens verbeteren?
Hersenimplantaten die mensen met een verlamming de mogelijkheid geven om computers te bedienen met hun gedachten, ontwikkelen zich snel.
‘De genitale respons bleek net zoals bij mannen deels automatisch op te treden bij het kijken naar een erotische film; door bloedstuwing krijgt de man een erectie en de vagina van de vrouw wordt nat en haar clitoris gezwollen. Een eyeopener voor mij was de realisering dat dit dan ook kan plaatsvinden bij een ongewenste seksuele situatie. Als er sprake is van misbruik of van verkrachting, dan kan er een genitale respons optreden. Het optreden van een genitale respons is dus geen bewijs van instemming.
‘De laatste jaren is er meer over dit mechanisme bekend geworden en weten we dat dit regelmatig voorkomt. Het mechanisme is waarschijnlijk gebaseerd op angst, waardoor alle bloedvaten open gaan. Een extreem voorbeeld is mannen die met volledige erecties voor een vuurpeloton staan om te worden gefusilleerd. Natuurlijk niet omdat ze opgewonden zijn, maar omdat ze in doodsnood zijn.’