Het nieuws dat de inflatietheorie is bewezen, staat op losse schroeven. De wetenschappers van de BICEP2-telescoop hebben toegegeven dat het signaal dat zij toeschreven aan zwaartekrachtsgolven ook afkomstig kan zijn van kosmisch stof.

Telescoop BICEP2 vond de draaiingen in het alleroudste licht die de inflatietheorie zouden bewijzen. Bron: BICEP
Telescoop BICEP2 vond de draaiingen in het alleroudste licht.
Bron: BICEP

Op 17 maart berichtten wij over groot nieuws in de kosmologie: astronomen zouden bewijs hebben gevonden dat het heelal kort na haar ontstaan extreem versneld uitdijde. In de maanden daarna klonken steeds meer bezwaren van critici. Inmiddels hebben de twijfels een hoogtepunt bereikt: in een van hun gepubliceerde artikelen meldt het onderzoeksteam zelf dat gegevens van stofmetingen hun vondst teniet kunnen doen.

In maart vertelden de wetenschappers tijdens een grote persconferentie dat zij polarisatie (draaiingen) hadden gezien in het alleroudste licht in het heelal: de kosmische achtergrondstraling. Deze draaiingen waren volgens de onderzoekers veroorzaakt door vroege zwaartekrachtsgolven, ofwel schommelingen in de ruimtetijd. De polarisatie die zij zagen, wees op zwaartekrachtsgolven die het resultaat waren van een heftige uitdijing vlak na de oerknal. Dit bewees volgens het team de inflatietheorie die in 1981 was bedacht door kosmologen Andrei Linde en Alan Guth.

Thomas Hertog werkte samen met Stephen Hawking en onderzoekt de oerknal
LEES OOK

Thomas Hertog werkte samen met Stephen Hawking en onderzoekt de oerknal

Tijd en natuurwetten zijn voortgekomen uit de oerknal, in een chaotisch proces van toevalligheden, zegt theoretisch natuurkun ...

Stof voor kritiek

bicep 2 oerknal
De getoonde plaatjes laten de gevonden polarisatiepatronen zien die de inflatie van het vroege universum bewijzen.
Bron: BICEP 2

Kosmisch stof kan echter ook draaiingen in licht veroorzaken. Daarom moest het team de effecten van stof binnen en buiten de Melkweg aftrekken van hun metingen, voordat ze de lichtpolarisatie bestudeerden. In april beweerden wetenschappers die werken met de Planck-ruimtetelescoop dat het team de kaarten die het kosmisch stof beschrijven niet goed hadden uitgelezen. Daardoor zouden ze meer polarisatie in hun signaal zien dan er daadwerkelijk in het licht aanwezig is. En dus zou er geen bewijs zijn voor de inflatietheorie. De sterrenkundigen hielden echter voet bij stuk. Ook toen eind mei meer kritische geluiden volgden van wetenschappers van de universiteit van Californië, Berkeley, en Princeton.

Gepubliceerd, maar met een kleine aanpassing
Nu, inmiddels eind juni, lijkt de discussie een hoogtepunt te bereiken. Het oorspronkelijk team heeft hun vondst gepubliceerd in Physical Review Letters – een peer reviewed blad – wat betekent dat het werk de strenge keuring van mededeskundigen heeft overleefd. Daarentegen heeft het team wel een waarschuwing toegevoegd aan de samenvatting van hun artikel:

‘These models are not sufficiently constrained by external public data to exclude the possibility of dust emission bright enough to explain the entire excess signal.’

De Planck-ruimtetelescoop kan uitsluitsel bieden over de discussie. Bron: Planck
De Planck-ruimtetelescoop kan uitsluitsel bieden over de discussie.
Bron: Planck

Ofwel, de stofmetingen van andere wetenschappers zouden inderdaad het gedraaide licht kunnen verklaren. Dat betekent echter niet dat het team niet langer achter hun resultaten staat. Waarschijnlijk moesten de schrijvers deze zin toevoegen om door de strenge publicatieselectie te komen.

Het oordeel is nog niet geveld: pas in oktober zal de Planck-ruimtetelescoop een nauwkeurigere stofkaart publiceren. Die zal duidelijk maken in hoeverre het stof verantwoordelijk is voor de lichtdraaiing – en dus ook of er nog een signaal van de inflatie overblijft.

Lees ook: