Cafeïne bevordert in bepaalde gevallen het langetermijngeheugen. Dat blijkt uit onderzoek van neuropsycholoog Michael Yassa en zijn team, verbonden aan de Johns Hopkins University. Yassa’s onderzoek is het eerste dat vaststelt dat we dankzij cafeïne gedetailleerdere herinneringen hebben aan de vorige dag.
Tijdens het onderzoek kregen 73 proefpersonen een reeks foto’s te zien. Vijf minuten na het bestuderen van de beelden kreeg de ene helft van de groep een tablet met 200 milligram cafeïne, de andere helft kreeg een placebo. De volgende dag (24 uur later) werden beide groepen getest op hun vermogen om beelden van de vorige dag te herkennen. Sommige beelden waren hetzelfde als de dag ervoor, anderen waren vergelijkbaar met eerder bekeken afbeeldingen, en weer anderen waren nieuw toegevoegd aan de fotoreeks.
De proefpersonen met een cafeïne-tablet bleken beter onderscheid te kunnen maken tussen vergelijkbare en ‘oude’ beelden. Om de verschillen tussen twee vergelijkbare, maar niet identieke afbeeldingen op te merken, is het belangrijk dat ons brein de herinnering aan de eerste afbeelding behoudt. Daarvoor is volgens de onderzoekers een ‘hoger niveau’ van onthouden nodig dan wanneer je een geheel nieuwe afbeelding moet onderscheiden van een eerder bekeken foto. Yassa geeft echter aan dat met een standaard geheugentest zonder de visueel vergelijkbare afbeeldingen ze geen effect van de cafeïne zouden hebben gevonden.
'Als maaltijdbezorger heb je je te voegen naar de algoritmes'
Arbeidsrechtspecialiste Jana Retkowsky onderzocht het werk van maaltijdbezorgers. 'Door het algoritme worden ze als robots.'
Het onderzoek verschilt van eerdere studies naar het effect van cafeïne op het geheugen doordat de deelnemers de cafeïne-tabletten pas innamen nadat ze de beelden hadden bestudeerd. ‘Bij vrijwel alle voorgaande studies kregen de proefpersonen de cafeïne vooraf toegediend. Dus op het moment dat onderzoekers een vooruitgang merkten, was het nog maar de vraag of het kwam door het effect van cafeïne op aandacht, waakzaamheid, focus of nog andere factoren’, zegt Yassa in een persverklaring. ‘Door de cafeïne na het experiment toe te dienen, hebben die effecten geen invloed, en weten we dat het puur gaat om een verbetering van het geheugen.’
De volgende stap is achterhalen welke breinmechanismen ten grondslag liggen aan de cognitieve verbetering. ‘Op die manier kunnen we nagaan of cafeïne ons ook kan beschermen tegen de aftakeling bij de ziekte van Alzheimer’, aldus Yassa. Het onderzoek verschijnt deze maand in het vakblad Nature Neuroscience.
Lees ook: