De meeste Vlaamse bedrijven weten nauwelijks hoeveel water ze verbruiken en hoe schoon dat water moet zijn. Onderzoekers van Vito stellen voor hen een waterboekhouding op, een eerste stap naar waterbesparing.Onderzoekers van de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (Vito) ontwikkelden samen met de Universiteit van Manchester en het Engelse bedrijf Linnhoff March een analysesysteem dat de interne waterstromen in een bedrijf analyseert. Het systeem heet water pinch – letterlijk vertaald ‘waterklem’.
Besparen op water had in het verleden voor de meeste bedrijven geen prioriteit. Water kostte nagenoeg niets en de overheid zette evenmin aan tot waterbesparing. Deze trend is echter doorbroken. Het milieubewustzijn is toegenomen en de overheid ziet strenger toe op waterlozingen. Waterbesparende maatregelen zijn dan ook erg welkom. Besparen kan echter pas als men weet hoeveel men waaraan besteedt – zo ook met water. Nu weten de meeste Vlaamse bedrijven alleen hoeveel water er binnenkomt en weer naar buiten gaat. Wat er daartussenin gebeurt, is meestal onbekend.
Waterslokoppen
“Met water pinch zetten we voor het bedrijf een waterboekhouding op,” vertelt Liesbet Van Den Abeele van Vito. ” In een eerste fase analyseren we de waterstromen in het hele productieproces. Daarbij houden we niet alleen rekening met de productie zelf, maar ook met alle voorzieningen daaromheen, zoals was-, spoel- of koelprocessen. Bij de meeste bedrijven zijn dat net de grote waterslokoppen.”
Hoe gevaarlijk zijn supervulkanen?
In het verleden stortten zogeheten supervulkanen de aarde meermaals in een desastreuze ‘vulkanische winter’. Gaat dat opnieuw gebeuren?
De analyse leidt tot adviezenvoor geoptimaliseerde waterstromen. Van Den Abeele: “We optimaliseren niet alleen de grootte van het waterverbruik, we kijken tevens naar de waterkwaliteit. Niet elk proces vraagt om schoon water. Er zijn nog steeds bedrijven die kraanwater van hoge kwaliteit gebruiken in een koelingproces, dat is pure verspilling. In onze adviezen houden we echter ook rekening met de kostprijs. De investeringen voor waterbesparende maatregelen moeten immers op termijn worden terugbetaald door de besparingen op het waterverbruik en de verminderde lozing.”
Hoe groot de uiteindelijke besparingen zijn, verschilt van bedrijf tot bedrijf. Bij een doorsnee papierbedrijf vinden de Vito-onderzoekers al snel een besparingspotentieel van 10% tot 30%. Dat percentage kan oplopen tot 60% voor sommige chemische bedrijven. Het succes van het analysesysteem bewijst volgens Van Den Abeele dat een systematische aanpak van de waterstromen binnen een bedrijf de moeite meer dan waard is.
