Diemen (NL) – Langzamerhand verandert het internet in een strijdtoneel. Het volstaat niet meer om op een website een mening uit te dragen. Steeds vaker vormen cyberaanvallen de oplossing.


Nog maar een paar jaar geleden vormde het hacken van een bekende commerciële website genoeg reden om de voorpagina te halen. Inbraken op de sites van het Pentagon of Microsoft waren helemaal nieuwswaardig. Inmiddels is de strijd verhardt. Hackers protesteren via Denial-of-Service-aanvallen op websites.

In Japan hebben de eerste maanden van dit jaar al tienmaal meer websiteaanvallen opgeleverd dan vorig jaar. Toen waren het er 63. In de afgelopen maand mei waren het er al 250, vooral dankzij een virusprogramma dat automatisch bepaalde sites herschreef. De meeste aanvallen blijken politiek getint: een protest tegen discutabele aanpassingen van Japanse geschiedenisboeken. In maart was al de officiële website van het ministerie voor onderwijs, cultuur, sport, wetenschap en technologie het doelwit. De server bezweek onder de aanvallen.
Bij een Denial-of-service-aanval bestookt een hacker, vaak via slinkse omwegen van het internet en vanuit vele afzonderlijke computers, een website met duizenden vragen om informatie. De server waarop die website staat, slaat daardoor op hol.

De eerste golf aanvallen was afkomstig uit Zuid-Korea. Later volgden ook Chinese hackers. Inmiddels is het betreffende geschiedenisboek, met aanpassingen, geaccepteerd. “In het verleden”, zo reageert een woordvoerder van het Japanse ministerie, “vonden demonstraties op straat plaats. Nu doen ze het online, met tegelijkertijd wereldwijd gelanceerde aanvallen. De aanvallen kunnen de onmisbare infrastructuur in een land compleet uitschakelen”.
Er is nog geen duidelijkheid hoe landen digitale protesten via internet het beste kunnen pareren, zeker als die vanuit het buitenland komen. Imiddels is er sprake van dat overheden, zoals Duitsland, zelf met illegale hacktechnieken de strijd met de hackers willen aangaan.

Erick Vermeulen