Nieuwe beelden van de VLT-telescoop in Chili tonen dat een van de twee kernen van de komeet C/2001 A2 is uiteengevallen in twee brokstukken. Langzaam drijven de kernen uit elkaar.


De komeet C/2001 A2 nadert de Zon met grote snelheid. Op 25 mei bereikt de komeet de kleinste afstand van zijn baan tot de Zon, op zo'n 116.000.000 kilometer. De komeet is ontdekt op 3 januari 2001. Zes weken geleden nam de helderheid van de komeet plotsklaps toe. Hij is zelfs met het blote oog te zien. Grote telescopen maakten duidelijk waarom de komeet helderder werd: de kern van de komeet was uiteengevallen in tweeën. Doordat daarbij allerlei materiaal uit het inwendige van de bevroren kern vrijkwam en in het zonlicht verdampte, nam de helderheid toe.
Op 14 mei richtten astronomen van de European Southern Observatory een van de VLT-telescopen op de komeet, die toen 100 miljoen kilometer van de Aarde was. Ze zagen dat een van de twee helften iets langer leek. De komeetkern die het dichtst bij de Zon is, bleek nogmaals te zijn gebroken. Nieuwe opnamen laten duidelijk zien dat er drie fragmenten zijn. Mogelijk dat er nog meer kleine fragmenten rond de drie kernen zweven. Op 16 mei was de onderlinge afstand tussen de twee nieuwe kernen 500 kilometer, terwijl de andere kern zich daar zo'n 7000 kilometer vandaan bevindt. De onregelmatige wolk rond de twee kleine kernen duidt mogelijk op een grote hoeveelheid vrijgekomen gas.

De komeet maakt een extreem verlengde baan rond de Zon. Dit is mogelijk zelfs de eerste maal dat deze komeet de Zon nadert. Hij bevat derhalve veel materiaal dat nog dezelfde samenstelling heeft als toen de komeet is gevormd, zo'n 4,5 miljard jaar geleden. Dat maakt het breken van de komeetkern extra interessant voor astronomen. Ze zien immers nu direct de bestanddelen waaruit destijds het Zonnestelsel is ontstaan.

Erick Vermeulen