Dankzij hersenscans hebben wetenschappers voor het eerst een glimp opgevangen van hoe LSD het bewustzijn beïnvloedt.

Een van de meest kenmerkende aspecten van de psychedelische ervaring is dat gebruikers het gevoel hebben ‘los te raken van zichzelf’. Door te onderzoeken hoe deze verandering in het zelfbewustzijn plaatsvindt, hopen wetenschappers inzicht te krijgen in de neurale mechanismen erachter.

‘LSD en andere psychedelica veranderen het bewustzijn ingrijpend. Daardoor zijn het uiterst bruikbare hulpmiddelen om de aard van ons bewustzijn te bestuderen’, zegt Robin Carhart-Harris van het Imperial College in Londen, die het onderzoek leidde.

Kunnen ­gedachten de bron zijn van fysieke klachten?
LEES OOK

Kunnen ­gedachten de bron zijn van fysieke klachten?

Sebastiaan van de Water zocht uit hoe wetenschappers het nocebo-effect proberen te begrijpen en onder de duim proberen te houden.

Hersenscans tonen de invloed van LSD op het brein. Bron: Carhart-Harris et al.
Hersenscans tonen de invloed van LSD op het brein. Bron: Carhart-Harris et al.

Placebo

De onderzoekers gaven twintig proefpersonen een infuus, op twee dagen: eenmaal een met 75 microgram LSD en eenmaal een met een placebo. Het brein van de proefpersonen werd vervolgens in kaart gebracht aan de hand van verschillende technieken. Samen geven de resultaten een duidelijk beeld van de neurale activiteit, met en zonder drug.

Uit de MRI-scans blijkt dat LSD ervoor zorgt dat de hersenactiviteit minder gecoördineerd wordt in gebieden die deel uitmaken van het terugvalnetwerk’, het netwerk van hersengebieden dat vooral actief is in een toestand van rust. Hoe ‘losgeraakter’ de deelnemers zich tijdens de trip voelden, des te minder coördinatie in het terugvalnetwerk. Dit suggereert een stabiel zelfbewustzijn zijn basis heeft in deze hersengebieden.

Uit de resultaten van een andere techniek, de magneto-encephalografie (MEG), blijkt dat het ritme van de alfahersengolven, die samenhangen met een staat van ontspanning, verzwakten bij gebruik van LSD. Ook hier zagen de onderzoekers dat hoe losgeraakter de deelnemers zich voelden, hoe zwakker de alfagolven waren.

Droomachtige hallucinaties

Onder invloed van LSD werken de hersenen ook meer samen. Er vindt meer communicatie plaats tussen gebieden die normaal gesproken afzonderlijk werken. ‘Het brein functioneert dan op een simpelere manier’, zegt Carhart-Harris.

Verschil tussen een brein op placebo en op LSD. Bron: Carhart-Harris et al.
Verschil tussen een brein na toediening van placebo en van LSD. Bron: Carhart-Harris et al.

Deze resultaten verklaren tot op zekere hoogte hoe LSD de kenmerkende droomachtige hallucinaties veroorzaakt. Onder normale omstandigheden communiceert de primaire visuele cortex – het hersengebied dat visuele prikkels waarneemt – vooral met andere delen binnen het visuele systeem; bij de proefpersonen die LSD kregen, werkten ook veel andere delen van het brein mee aan het verwerken van beelden.

Verbod

In de jaren vijftig en zestig werd intensief onderzoek gedaan naar LSD. De drug leek veelbelovend in het behandelen van stemmingsstoornissen, verslaving en andere aandoeningen. Het verbod op het middel betekende echter het einde voor de meeste wetenschappelijke studies, hoewel het technisch gezien nog steeds toegestaan was LSD te onderzoeken.

David Nutt, coauteur van de studie, zegt dat hij hoopt dat het onderzoek verandering teweegbrengt en andere onderzoekers inspireert hen te volgen. ‘Binnen de neurowetenschap is deze ontdekking gelijk aan die van het higgsboson’, zegt hij.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste wetenschapsnieuws? Meld je nu aan voor de New Scientist nieuwsbrief.

Lees verder: