Georgetown (VS) – Onderzoekers bewijzen dat dyslexie een biologische oorzaak heeft.


Na opeenvolgende studies naar de oorzaken van dyslexie, ofwel woordblindheid, concluderen Amerikaanse onderzoekers dat de hersengebieden die de mens gebruikt om te lezen minder goed functioneren bij mensen met dyslexie. Uit de studie van het ‘Center for the Study of Learning’ in Georgetown bleek ook dat een intensieve training niet alleen de leesvaardigheid van dyslectische mensen verbeterde, maar ook hun hersenactiviteit beïnvloedde.
De onderzoekers gebruikten de fMRI-scan (functional Magnetic Resonance Imaging). Tijdens een fMRI-scan toont een beeldscherm de actieve gebieden van de hersenen. Bij diverse handelingen kunnen diverse delen van de hersenen actief zijn. Uit het onderzoek bleek echter dat mensen met dyslexie en mensen zonder deze afwijking dezelfde gebieden van de hersenen gebruikten voor zowel lezen als voor het volgen en verwerken van bewegingen. Ook viel het de onderzoekers op dat dyslectische mensen deze hersengebieden minder sterk activeerden dan de controlegroep.
De onderzoekers ontwierpen een intensief programma om de leesvaardigheid te verbeteren. Deze training wierp vruchten af. Binnen acht weken traden er al meetbare veranderingen op in de neurale activiteit. De mensen uit de controlegroep – die geen programma volgden – toonden geen veranderingen
“Deze resultaten leiden in de toekomst misschien tot een diagnostische test waarmee we vroegtijdig kinderen met dyslexie kunnen opsporen, nog voordat de moeilijkheden bij het lezen optreden”, vertelt Guinevere Eden, co-directeur van het onderzoekscentrum. “Normaal gesproken kunnen we de diagnose van dyslexie pas stellen wanneer een kind leert lezen en schrijven. Nu we weten dat dezelfde hersengebieden die minder goed werken bij dyslectische mensen ook nodig zijn voor andere visuele taken, kunnen we bij kinderen de activiteit van deze gebieden testen voordat ze leren lezen. Zo kunnen de kinderen vroegtijdig beginnen met een geschikt leerprogramma.”

Ellen Althuizen