Cellen blijken over een eigen interne afweer tegen virussen te beschikken. De deur naar nieuwe virusmedicijnen lijkt geopend.

Met deze ontdekking is honderd jaar wetenschappelijk dogma op de schop gegaan. Virologen dachten dat antilichamen, eiwitten die virussen als lichaamsvreemd markeren zodat ze vernietigd kunnen worden, alleen buiten de cel werkzaam waren. Nu blijkt dat ze met de virussen meeliften naar de binnenkant van de cel.

In de cel wacht het eiwit TRIM21 hen op. Als dit eiwit een antilichaam ziet dat ergens aan vastgeplakt zit, zet het het vernietigingsapparaat van de cel in beweging. Die ruimt binnen twee uur het virus op, lang voordat het de kans heeft om de cel te kapen.

Kunnen ­gedachten de bron zijn van fysieke klachten?
LEES OOK

Kunnen ­gedachten de bron zijn van fysieke klachten?

Sebastiaan van de Water zocht uit hoe wetenschappers het nocebo-effect proberen te begrijpen en onder de duim proberen te houden.

De Britse immunoloog Leo C. James en zijn collega’s gebruikten een adenovirus voor hun onderzoek. Dit soort virus veroorzaakt vaak oor- en amandelontstekingen, evenals buikgriep en bindvliesontsteking.

Het TRIM21-eiwit werkt echter niet tegen alle virussen. Volgens de Britten heeft het waarschijnlijk alleen effect op virussen die geen mantel van vetten om zich heen hebben, zoals het humaan papillomavirus (veroorzaakt baarmoederhalskanker) en het rotavirus (verantwoordelijk voor ernstige diarree in kinderen). Een aidsmedicijn zit er bijvoorbeeld niet in, omdat het hiv-virus zich heeft beschermd met een vetmantel.

In de toekomst willen de immunologen het TRIM21-eiwit verwerken in neussprays om zo het verkoudheidsvirus te bestrijden.

Liz Brower