In zijn eerste week als president loste Donald Trump alvast de eerste schoten in een kersverse oorlog tegen de wetenschap. Dit zijn de vijf zorgwekkendste ontwikkelingen.

Donald Trump, president van de Verenigde Staten en gevaar voor de wetenschap. Afbeelding: Michael Vadon
Donald Trump, president van de Verenigde Staten en gevaar voor de wetenschap. Afbeelding: Michael Vadon

Het is al langer bekend dat de nieuwe Amerikaanse president Donald Trump geen vriend van de wetenschap is. Vlak voor de verkiezingen publiceerden we op deze site nog het bericht dat wetenschapsliefhebbers moesten duimen voor winst van Clinton. Zo gelooft Trump bijvoorbeeld dat je kanker kunt krijgen van milieuvriendelijke lampjes, is hij aantoonbaar onterecht van mening dat vaccins autisme veroorzaken en denkt zijn vicepresident Mike Pence dat we allemaal veel te zwaar tillen aan het risico op kanker door roken. Maar dat het al zo snel na zijn inauguratie, zo erg zou worden, had niemand vooraf gedacht.

Nu we krap een week te maken hebben met president Trump, heeft hij bijvoorbeeld al een verontrustend vervolg gegeven aan zijn eerdere strijd tegen de vrije media, een strijd die op dit moment vooral draait om de vraag of feiten er nog wel toe doen. Maar Trump ging deze week nog een stap verder en opende alvast de aanval op de wetenschap. Dit zijn de vijf meest zorgwekkende openingssalvo’s in deze nieuwe oorlog.

Een tunnel naar een magmakamer kan een onbeperkte bron van energie opleveren
LEES OOK

Een tunnel naar een magmakamer kan een onbeperkte bron van energie opleveren

In IJsland zijn wetenschappers van plan twee boorgaten te boren naar een magmakamer. Lukt ze dit, dan zou dat een historische prestatie zijn.

1. Een frontale aanval op klimaatwetenschap

Dat Trump het niet zo nauw neemt met het overweldigende bewijs voor de opwarming van de aarde, wisten we al langer. Tijdens de campagne riep hij tegen wie het maar wilde horen dat klimaatverandering niet bestond. Hij meende zelfs dat het hele concept een complot van China was om de VS op hogere kosten te jagen. Lachwekkend, ware het niet dat deze man nu aan het roer staat van het Amerikaanse klimaatonderzoek door overheidsinstituten. Dat feit zorgde ervoor dat wetenschappers na zijn verkiezing als een dolle back-ups gingen maken van allerhande onderzoeksgegevens, uit angst dat Trump de hele boel bij het digitale grofvuil zou zetten.

En hoewel het na zijn verkiezing eventjes leek alsof hij zijn toon zou matigen, is daar sinds hij het stokje van Obama overnam niets meer van te bekennen. Eerst beloofde Trump grote delen van Obama’s klimaatplannen terug te draaien omdat, zo staat te lezen op de website van het Witte Huis, ‘we te lang achter zijn gebleven door bezwarende regelgeving op onze energie-industrie’. Bovendien hoopt Trump nu via censuur onwelgevallige informatie te wissen en onhandige wetenschappelijke uitkomsten te blokkeren (zie het volgende punt). Welkom in de nieuwe antiwetenschappelijke werkelijkheid van de Amerikaanse president, dames en heren.

2. Politieke censuur op wetenschappelijke feiten

Het begon met een communicatieverbod voor overheidsdiensten die naar de zin van Trump en zijn team iets te gretig informatie deelden over klimaatverandering op sociale media. Hoewel dat op zichzelf klonk als een verontrustend gegeven – vrije publiekstoegang tot wetenschappelijke kennis is van groot belang in een democratie – bleek later dat iets dergelijks vaker gebeurt bij de wisseling van president naar president. Desondanks was het opmerkelijk dat tweets over wetenschappelijk vastgestelde feiten door een nieuwe regering als communicatieprobleem werden gezien.

Gisteravond laat schakelde Trump nog een tandje bij in zijn wetenschapscensuur. Toen kwam het bericht naar buiten dat het niet blijft bij een tijdelijk communicatieverbod. Eerder al bleek dat wetenschappelijke geldstromen binnen overheidsinstituten op pauze stonden. En nu wil Trump tot overmaat van ramp niet alleen de publiekscommunicatie over wetenschap aan banden leggen, maar ook de wetenschap zelf. Vertegenwoordigers van de president verklaarden dat wetenschappelijke gegevens en datasets op de website van de Environmental Protection Agency eerst een politieke lakmoesproef moeten doorstaan die bepaalt of ze beschikbaar blijven. Inderdaad: politiek toezicht op wetenschappelijke uitkomsten. Zelfs als de ingrepen uiteindelijk meevallen, en nieuwe onderzoeksresultaten bijvoorbeeld gevrijwaard blijven van censuur, heeft het team van Trump zijn positie daarmee kraakhelder gemaakt. Vrij wetenschappelijk onderzoek, en de publieke beschikbaarheid van de uitkomsten, zijn onder Trump niet langer veilig.

3. Het normaliseren van ‘alternatieve feiten’ (beter bekend als: liegen)

Waren er nou meer of minder bezoekers bij de inauguratie van Donald Trump dan bij die van Barack Obama? Beelden van de liveuitzendingen lieten er geen twijfel over bestaan: bij Obama was het drukker. Dat was uiteraard tegen het zere been van de man die altijd wil winnen en dus koos hij ervoor van die beelden dan gewoon maar geen snars te geloven. Inderdaad: ondanks al het bewijs van het tegendeel. Die houding is niet alleen in strijd met de op bewijs gebaseerde handelswijze die bijvoorbeeld wetenschappers in hun onderzoeken hanteren, maar vooral ook met elke vorm van gezond verstand. Trump stuurde zijn perschef zelfs naar buiten om ‘de media’ de les te lezen. Het resultaat? Een historisch staaltje overheidsleugens die nog het meeste doen denken aan de verklaringen van een ordinaire dictatuur, en zeker niet die van een moderne democratie.


Uiteraard ging het gebrek aan respect voor de feiten in dit geval om een triviale zaak. Maar deze eerste zet zou best eens een strategische opmars naar erger kunnen zijn: een toekomst waarin onwelgevallige cijfers over de economie, de werkeloosheid of – inderdaad – de onwenselijke uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek glashard worden ontkend, en vervangen door de ‘alternatieve feiten’ van de staat, zoals Trump-adviseur Kellyanne Conway het op televisie verwoorde. Een bizarre ontkenning van de betekenis van het woord ‘feit’, dat tot allerhande lollige berichten leidde – zoals dit stuk over een ruimteschip in The Guardian. Grappig? Zeker. Maar niet minder zorgwekkend.  

4. Een verontrustende hang naar complottheorieën

Alsof het gebrek aan respect voor de naakte feiten nog niet genoeg is, zijn de hoogste lui in de nieuwe Amerikaanse regering nog nadrukkelijker losgeraakt van wat de meeste mensen als de objectieve werkelijkheid zouden beschouwen. Zo gelooft Trump zelf, tegen elk stukje redelijk bewijs in, dat er een historisch grootschalige verkiezingsfraude heeft plaatsgevonden – eentje waarbij miljoenen illegalen stemden op Clinton (en nul, nee, echt: nul, op hem). Het zou, zo stelt Trump, de enige reden zijn dat hij de ‘popular vote‘, de in het Amerikaanse systeem verder irrelevante populariteitswedstrijd tijdens de verkiezingen, met zo’n 3 miljoen stemmen verschil verloor.

Het is een complot dat als eerste opdook op de bekende complotsite infowars en dat Trump maar al te graag wilde geloven. Sindsdien doet hij dat ook, en niemand kan hem met zoiets ouderwets als ‘feiten’  van het tegendeel overtuigen.

Maar het gaat verder dan Trump zelf. Zo dompelt Trumps aanstaande National Security Advisor Michael Flynn zich regelmatig onder in nepnieuws. Flynns zoon geloofde zelfs heilig in het bizarre pizzagate-‘schandaal’, een in alternatieve kringen populaire complottheorie die stelde dat Hillary Clinton en haar naaste medewerker John Podesta samen een geheim pedofielennetwerk zouden onderhouden vanuit pizzarestaurant Comet Ping Pong in Washington D.C. Een kwalijke, en aantoonbaar onjuiste, theorie die er zelfs voor zorgde dat een gewapende man verhaal kwam halen bij het betreffende restaurant.

5. Trumps gebrek aan nieuwsgierigheid

De vorige vier punten suggereerden al dat intellectuele verworvenheden vermoedelijk niet hoog op het benodigde rijtje karaktereigenschappen van de nieuwe regering-Trump staan. Maar de intellectuele luiheid bij Trump lijkt zelfs nog wat dieper verankerd in zijn persoonlijkheid. Trump leest bijvoorbeeld, zo blijkt, nooit boeken. En voor briefings langer dan een pagina, heeft hij geen geduld. De updates van zijn veiligheidsdiensten slaat hij liever over, omdat ze naar zijn zeggen te veel herhalingen bevatten. Het hint naar een geest die weinig opheeft met leren.

Trump blijkt voorts niet te kunnen omgaan met technologie. Hij mailt nooit en dicteert naar zeggen zijn tweets zelfs vaak tegen zijn assistenten. Terwijl, zo zou je denken, meer kennis van computers in zijn voormalige rol als ceo niet weg was geweest. Al was het maar vanuit een basale interesse in de technologieën die om hem heen de wereld veroveren.

Trump kan zich bovendien niet lang genoeg concentreren tijdens een interview, en laat zijn aandacht meermaals afleiden door de televisie. Überhaupt zit Trump naar verluidt veel te veel televisie te kijken, in plaats van dingen te doen. Zijn medewerkers doen hun uiterste best om informatie bij hem weg te houden die zijn opvliegerige karakter kunnen voeden, zodat hij niet in irrationele woede ontsteekt. Iets dat extra lastig is omdat ‘hij snel verveeld raakt en dan televisie gaat kijken’, zo vertelden diezelfde medewerkers tegen Politico.

Begrijp me niet verkeerd: op televisie kun je hele intelligente dingen bekijken. Het is dus niet zo dat Trumps keus van medium per definitie al tegen hem spreekt. Maar hij lijkt op televisie vooral zichzelf in de gaten te houden en zijn uit de kluiten gewassen ego te willen voeden. Een gewoonte die, zo lees je tussen de regels door, iets te veel op een obsessie is gaan lijken. Als dat klopt, lijkt er weinig ruimte voor andere overwegingen, zoals – ik noem maar een dwarsstraat – het fatsoenlijk leiden van een land.

Uiteraard is het moeilijk om het waarheidsgehalte van dit soort uitspraken te checken. Maar in het weinig flatteuze beeld dat vanachter de schermen ontstaat van deze nieuwe Amerikaanse president, lijkt een van de belangrijkste componenten van goed geïnformeerd leiderschap volledig afwezig: oprechte nieuwsgierigheid. En dat is verontrustend. Want, zoals de bekende Amerikaanse astronoom Neil Degrasse Tyson stelde in een interview op deze site: ‘Nieuwsgierigheid is ook een cruciaal onderdeel van goed leiderschap, omdat je daarmee over nieuwe problemen kunt nadenken, die problemen analytisch kunt beschouwen en een daarbij passend besluit kunt nemen. Die manier van denken dient de belangen van een natie – of van de wereld, als die je prioriteit is – met name als je politieke macht hanteert.’ Amen.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste wetenschapsnieuws? Meld je nu aan voor de New Scientist nieuwsbrief. 

Lees ook: