Een onderzoeksschip vertrekt begin 2000 voor een reis rond Afrika. Wetenschappers uit zes landen verzamelen tijdens de reis informatie over onder meer het effect van giftige verf op de zeebodemfauna en de reusachtige raadselachtige Angulhas-wervels die vanuit de Indische Oceaan de Atlantische oceaan binnendringen


Het onderzoeksschip R.V. Pelagia koos op 6 januari vanaf het Noord-Hollandse eiland Texel het ruime sop voor een expeditietocht van 35.000 km rond Afrika. Acht containers met wetenschappelijke laboratoria zijn aan boord gehesen, de brandstof- en watertanks zijn gevuld, de voedselvoorraden zijn voldoende voor een langdurig verblijf en – bovenal – spannende wetenschappelijke vragen zijn geformuleerd.

Aan boord zijn naast onderzoekers van het Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ) ook collega's uit Portugal, Spanje, Frankrijk, Duitsland en Engeland. Ze zullen rond twintig onderzoeksthema’s metingen gaan verrichten. De expeditie, die vijf maanden duurt, is via internet te volgen.

Vijftien onderzoekers en tien bemanningsleden zijn tijdens de expeditie Around Africa vaak dag en nacht in de weer. De metingen beginnen reeds in de Noordzee bij het verlaten van de haven van het NWO-instituut NIOZ. Onderweg doet het schip tien havens aan om de foerage op peil te brengen en om wetenschappers en andere 'opstappers', zoals een scheepsarts, aan boord te laten. Eind februari 2000 legt het schip in Kaapstad aan, waar voor een speciaal onderzoeksprogramma een rondje onder de Kaap wordt afgelegd. Vandaaruit gaat het noordwaarts, door de zee-engte tussen Madagaskar en Mozambique, via de Indische Oceaan en de Rode Zee naar het Suez-Kanaal. Gibraltar zal de laatste losplaats zijn alvorens het schip op 7 juni op Texel terugkeert.

Tijdens de vaartocht zijn er tot vier onderzoeksgroepen tegelijk actief. De twintig projecten sluiten veelal aan op internationaal onderzoek. Om de stikstofbalans in het zeewater te meten, nemen oceanografen tot aan Kaap de Goede Hoop watermonsters. Deze moeten verklaren hoe het oceaanleven aan zoveel stikstof komt. De schattingen van de stikstoffixatie verschillen namelijk sterk van de berekende behoefte op grond van koolstof en stikstof die in de diepte verdwijnt.
Veel antifoulingverven bevatten de giftige tinverbinding tributyltin, die voorkomt dat zeeorganismen groeien op scheepswanden.Tributyltin maakt echter in de scheepsroute langs Portugal zeeorganismen, zoals de wulk, onvruchtbaar. Chemici en biologen zullen data verzamelen om ook politici van actief beleid hiervan te overtuigen.
Zuidelijk van Afrika, waar de Indische en de Atlantische Oceaan elkaar ontmoeten, ontstaan immense wervels in zee, de mysterieuze Agulhas-ringen, ter grootte van Nederland. Het warme, zoute water in de wervels verenigt zich met de wereldwijde zeestromen. Het schip zal dwars door een van de Agulhas-ringen varen. Mogelijk is de Straat van Mozambique, tussen Madagaskar en het vaste land van Afrika, een van de brongebieden van deze wervels. Dit gebied is echter nog een witte plek op de zeekaarten. Vanwege de sterke zuidwaartse zeestroming kiezen koopvaardijschepen voor de omweg rond Madagaskar. Vanaf de Pelagia zullen onderzoekers hier de eerste verankerde stroommeters uitzetten.