New York (VS) -Sterrenstelsels ontstaan niet door de snelle ineenstorting van één enkele grote gaswolk, maar door zwaartekrachtverschillen. Leidse astronomen vonden daarvoor de eerste bewijzen, Amerikanen gaan ermee verder.


De Melkweg is een slokop, een gulzig stelsel van hemellichamen dat langzaam maar zeker de omgeving incorporeert. Astronomen van de Leidse Sterrewacht vonden daarvoor vorig jaar de bewijzen. Amina Helmi, Tim de Zeeuw, HongSheng Zhao en Vincent Icke stuitten met Simon White van het Max Planck Institut für Astrophysik op de restanten van een klein stelsel dat door de Melkweg was opgeslokt terwijl het zich aan het vormen was. Een ontdekking Nature waardig.
Amerikaanse wetenschappers van het Renselaer Polytechnics Institute zullen op deze kennis voortborduren. Ze gaan gedurende de komende vijf jaar twintig terabytes aan digitale ruimtesignalen analyseren. Ze zoeken naar het bestaan van oudere sterrenstelsels in de Melkweg. Onderzoeker Heidi Newberg werkt hiervoor samen met het Sloan Digital Sky Survey: 'Tot nu toe vonden we twee reusachtige klonten met sterren in de buitenwijken van de Melkweg. We verwachtten een gelijkmatige verdeling van sterren. In plaats daarvan bleken de sterren gebundeld in pakketten van tenminste 60.000 lichtjaren in doorsnede. Dat ondersteunt volledig het idee dat de Melkweg kleinere sterrenstelsels opeet.'
De resultaten van het onderzoek zijn vergelijkbaar met de resultaten die Newberg en de hare tot nu toe vonden, en waarvoor ze hoopt nog meer bewijzen te zullen aantreffen in de komende jaren. 'De Nederlandse onderzoekers gebruikten de snelheid van de sterren om de klonteringen in de Melkweg te bepalen. Lang werd aangenomen dat de enige manier om die zichtbaar te maken was door het analyseren van bewegende groepen. Wij ontdekten structuren die veel verder weg lagen, op basis van alleen fotometrische gegevens. De structuren die wij konden waarnemen, besloegen tientallen graden in de lucht.' De Amerikaanse onderzoekers concluderen dat de Melkweg zich nog steeds aan het vormen is. De Leidse onderzoekers sluiten dat niet uit.
Amina Helmi verwacht dat de Amerikanen de Leidse bevindingen zullen bevestigen. 'Dankzij de Europese satelliet Hipparcos konden we van 118.000 sterren in de nabije delen van de Melkweg precies de plaats en de beweging meten. We vonden twee groepjes van oude sterren: één van drie sterren die uit de Melkwegschijf omhoog bewegen, en één van negen sterren die met vrijwel dezelfde snelheid uit de schijf naar beneden bewegen. Computermodellen lieten daarop zien dat de twee groepjes een gemeenschappelijke oorsprong hebben, ze maken deel uit van het restant van een satellietstelsel dat al heel lang geleden uiteen is gevallen. De ontdekte stergroepjes lijken het eerste fossiele bewijs te zijn dat de Melkweg is samengesteld uit de restanten van vele en kleinere bouwstenen.'
De start van het Sloan-project, volgens Newberg het meest ambitieuze astronomische onderzoeksproject ooit ondernomen, stemt hoopvol: De onderzoekers zagen reeds vier van de vijf meest veraf gelegen quasars ooit waargenomen. Ook ontdekten ze een tweede bruine dwerg, een jong hemellichaam met het formaat tussen ster en planeet in.

Marco van Kerkhoven